Het glas cola blijft ongeroerd
- Al zo'n uur of twee-
Staan op het wankele tafeltje
Nummer 9a
Zo heette hij, dat scharminkel
Staat niet zo ver van de ingang
Maar net ver genoeg
Om de kilte en het rumour
Te Omzeilen
Zover weg zat ik
Mijn nummer 9a was van glas
Niet geheel doorzichtig meer
Want vervuild door eerdere
Beverages
Toch zag ik mijn evenbeeld
Weerspiegeld
In het vocht op de tafel
Mijn gezicht
Mijn wallen
Mijn tranen
Droefgeestigheid spande de kroon
Dat was duidelijk voor iedereen
Zelfs voor de tafel
Moedeloos zat ik
Onderuitgezakt
Tegen de kozijnen van mijn stamkroeg
Ramen waren beslagen
Een klamme lucht cirkelde rond
Evenals een hevige sigarettengeur
Ik voelde me vreemd
En veegde onrustig met mijn mouw
De ramen schoon
Toen kwam ze langs
In een flits
Zo in het kleine kijkgat in de ruit
En meteen weer verdwenen
Ik was verbouwereerd
Voelde me aangetrokken
Niet wetend wie ze was
Maar ze inspireerde me
Sprong op van mijn stoel
Gekletter
Mijn glas lag aan diggelen
Het deed me weinig
Excuseerde me bij de barman
En rende met grote passen
De donkere nacht in
Kou kwam me tegemoet
Maar ik had geen tijd
Geen tijd voor gekoukleum
Spichtig keek ik om me heen
Zoekend naar die passant van zo-even
Zag haar nergens
Of toch
Ja, daar, die paarse capuchon
Rende mijn benen voorbij
Achter haar aan
Ze bleef echter niet stilstaan
Keek soms naar achteren
Naar mij
Tenminste, dat dacht ik
Snelde de hoeken om
Onnavolgbaar
Zelfs voor mij
Rende toch verder
Straat na straat
Blok na blok
Tot mijn benen
Geen kracht meer hadden
Daar stond ik dan
Moederziel alleen
In de regen
In mijn stad
Maar zonder idee
Waar te zijn
Vloog plotseling
Een briefje met tegemoet:
"Taken by a stranger"
Met datum
14 februari
En helemaal onderaan:
Haar adres
In de wolken was ik
Toen
Nu
Voor altijd
Geen opmerkingen:
Een reactie posten