Kind van de koude morgenwind
Blind door goden slechtgezind
Vindt zijn voedsel nu gezwind
Maar wordt ongezien bestolenGekakel en gekrijs
In een harem van harpijen
Een weelde aan lekkernijen
Uit zijn handen weggepikt
Zijn oren gekweld door gillen
“Had de goden niet verraden”
Net als Tantalus verhongert hij nu
Door heerlijkheden beladen
Voor eeuwig huilend met de ogen dicht
Geen opmerkingen:
Een reactie posten